De geschiedenis van begraafplaats Rustoord 

In 1910 wordt begonnen met de ontginning van het Rekkense heidegebied. Het is hiervan de  bedoeling om paviljoens te bouwen die onderdak zullen bieden aan mensen met een verstandelijke beperking. Dhr. René Eli van Ouwenaller, eigenaar van een verzekeringskantoor te Amsterdam, en dominee dr. Wouter Lourens Slot,  predikant van de Nederlandse  Hervormde Gemeente van Rekken, zijn hiervan de initiatiefnemers. Behalve paviljoens worden er ook personeelswoningen gebouwd. Verder komt er een boerderij, een ontspanningsgebouw en een begraafplaats: Rustoord.  In 1913 wordt het eerste paviljoen, De Haar, geopend en komen de eerste bewoners.

In 1918 wordt Rustoord  in gebruik genomen. In dat jaar overlijdt dhr. P. Kiewiet. Hij wordt op 56 jarige leeftijd op 15 november begraven. Daarna wordt er elk jaar in het halfjaarlijkse tijdschrift ‘Rekken’ melding gemaakt van één of meerdere begrafenissen: pupillen, bewoners, personeelsleden en kinderen van personeelsleden van de Rekkense Inrichtingen.

De chaotische laatste maanden van de Tweede Wereldoorlog laten ook de Inrichting niet onberoerd. Paviljoen Mariënoord is omgebouwd tot lazaret waar enkele hospitaalsoldaten er het beste van proberen te maken. Ook een aantal vrouwen die op het terrein van de inrichting wonen, nemen de taak op zich om de gewonden te verzorgen. In maart en april ’45 bezwijken elf soldaten  aan hun verwondingen. Een Engelse soldaat met de naam Reginald Aubrey Bruce Attrill wordt op 30 maart 1945 ter aarde besteld.

Op Paaszondag, 1 april 1945 wordt een aantal van de Duitse soldaten  in aanwezigheid van dhr. Wessel, in die jaren adjunct directeur, begraven. De elf soldaten krijgen in 1950 een herbegrafenis op de Duitse militaire begraafplaats in IJsselsteyn bij Venlo. De Engelse soldaat, een piloot, krijgt op 1 september 1955 een herbegrafenis op geallieerde begraafplaats Jonkerbosch te Nijmegen.                                                            

Na de oorlog doet Rustoord  weer dienst als begraafplaats voor overledenen van de Inrichting. Het onderhoud gebeurt door de plantsoenendienst. In 1981 wordt het besluit genomen om het kerkhof te sluiten voor begrafenissen. Op 16 mei 1988 vindt er toch nog een  begrafenis plaats. Aan mevrouw van Bueren-Tönnies was toegezegd dat ze na haar overlijden bij haar man en zoon begraven zou worden.

Enkele jaren na deze begrafenis stopt het onderhoud van Rustoord omdat de Vereniging ophoudt te bestaan als rechtspersoon. Hiermee komt ook een eind aan het werk van de plantsoenendienst. Dit betekent dat de graven overwoekert raken met mos en rododendrons en het grasveld verandert in één knollenveld. Dit leidt tot enkele protesten van nabestaanden. In 2002 wordt een stichting opgericht die zich ten doel stelt om de begraafplaats de oude allure terug te geven. Sindsdien is een groep vrijwilligers een aantal dagen per jaar aan het werk met het onderhoud van Rustoord. Vanaf 2007 kan er weer begraven worden op Rustoord. In 2022 is er een strooiveld aangelegd.